top of page

Cryptoactiva geviseerd in de nieuwe meerwaardebelasting

  • Foto van schrijver: Aeacus Lawyers
    Aeacus Lawyers
  • 3 jul
  • 5 minuten om te lezen

Na het akkoord binnen de regering op 30 juni 2025 werd op 3 juli 2026 alvast de nieuwe wettekst samen met de memorie van toelichting verspreid door de politieke partijen. Bij een eerste lezing van deze memorie van toelichting, die functioneert als bijkomende uitleg bij een wetsontwerp, moeten we vaststellen dat crypto opvallend centraal staat in de visie van de wetgever.

Hieronder geven we de belangrijkste elementen uit de memorie weer.

Meerwaardebelasting op crypto en blockchain een feit
Crypto als archetype van speculatief inkomen?

Zoals reeds lang verwacht valt crypto onder het toepassingsgebied van de nieuwe meerwaardebelasting van 10%. Wat echter opvalt in vergelijking met eerdere ontwerpteksten, is dat de wetgever in de memorie van toelichting nu uitdrukkelijk de aandacht vestigt op cryptoactiva. Daarbij wordt benadrukt dat dergelijke activa nog steeds beschouwd kunnen worden als speculatief inkomen. In dat geval blijven ze onderworpen aan het afzonderlijk tarief van 33% (vermeerderd met de gemeentelijke opcentiemen) en kunnen ze bovendien geen gebruik maken van de voetvrijstelling van 10.000 euro, of in voorkomend geval 15.000 euro.

De memorie van toelichting preciseert dat, bij de beoordeling van het abnormale karakter van verrichtingen met cryptoactiva, onder meer rekening kan worden gehouden met het percentage van het roerend vermogen dat de belastingplichtige in crypto investeert, met het al dan niet gebruik van externe financiering voor de aankoop van cryptoactiva, met het feit of gebruik wordt gemaakt van geautomatiseerde software om transacties uit te voeren en met het aantal verrichtingen dat de belastingplichtige heeft uitgevoerd.

Daarbij wordt ook expliciet vermeld dat bij elke meerwaarde op cryptoactiva moet worden beoordeeld of die realisatie kadert binnen het normaal beheer van het privévermogen van de belastingplichtige, dan wel een speculatief karakter vertoont.

Voor de ervaren investeerder in crypto zullen bovenstaande criteria en voorwaarden bekend in de oren klinken. Ze vormen in wezen een herneming van de elementen die reeds langer worden gehanteerd door de Dienst Voorafgaande Beslissingen, zij het zonder dat er nu bijkomende verduidelijking of concrete richtlijnen aan toegevoegd worden.

Het uitgangspunt lijkt daarbij te zijn dat cryptoactiva per definitie eerder speculatief van aard zijn en dus automatisch onderworpen zijn aan toetsing. Zo lezen we in de memorie van toelichting:

"Er dient steeds beoordeeld te worden of de realisatie van een meerwaarde op cryptoactiva die binnen deze definitie vallen beschouwd kan worden als een verrichting die kadert binnen het normaal beheer van het privévermogen van de belastingplichtige en geen speculatie uitmaakt."

Deze benadering laat weinig ruimte voor een gunstige kwalificatie en voorspelt weinig goeds voor investeerders in cryptoactiva die menen onder de 10%-regeling te vallen.

Het is opmerkelijk dat deze strenge benadering specifiek en uitsluitend wordt geformuleerd met betrekking tot cryptomunten. Het valt te betwijfelen waarom net deze activaklasse een fundamenteel andere fiscale benadering zou verantwoorden dan andere beleggingsvormen.

NFT’s vallen niet onder de meerwaardebelasting

Volgens de memorie van toelichting vallen bepaalde activa, zoals (digitale) kunstvoorwerpen, niet onder het toepassingsgebied van de nieuwe meerwaardebelasting. Indien een belastingplichtige daarop een meerwaarde realiseert, komt enkel een belasting als divers inkomen in aanmerking, en dan nog enkel wanneer die meerwaarde wordt gerealiseerd buiten het normaal beheer van het privévermogen dat bestaat uit onroerende goederen, portefeuillewaarden en roerende voorwerpen.

Voor cryptoactiva die niet fungibel zijn met andere tokens, zoals NFT’s, productgaranties, digitale verzamelobjecten of tokens die unieke diensten of fysieke goederen vertegenwoordigen en niet als betaalmiddel of investeringsinstrument fungeren, bevestigt de memorie dat deze buiten het toepassingsgebied van de meerwaardebelasting vallen.

De speculatieve realisatie van dergelijke activa kan nog steeds belast worden als divers inkomen op grond van artikel 90, eerste lid, 1°, WIB 92, voor zover er geen beroepsactiviteit in het spel is. De kwalificatie blijft dus een feitenkwestie en vereist een concrete beoordeling in elk dossier afzonderlijk.

Fiscale realisatie

De memorie van toelichting stelt ook uitdrukkelijk dat elke vervreemding van cryptoactiva beschouwd wordt als een overdracht onder bezwarende titel. Dit geldt zowel bij de omzetting van cryptoactiva naar fiduciaire valuta als bij de omzetting tussen verschillende cryptoactiva onderling. Er wordt daarbij verwezen naar schriftelijke vraag nr. 1338 (Maxime Prévot, Bull. V&A 55/105, blz. 180), waar dit standpunt reeds werd ingenomen. Deze benadering is bovendien in lijn met de invulling van het begrip "wisseltransactie" zoals opgenomen in Richtlijn (EU) 2023/2226 van 17 oktober 2023, waarin zowel de ruil tussen crypto en fiat als de ruil tussen verschillende cryptoactiva wordt geviseerd.

Ook het gebruik van cryptoactiva voor de aankoop van goederen of diensten, zoals bijvoorbeeld het betalen van een pizza, wordt beschouwd als een belastbare realisatie van de betrokken activa. Daarentegen zal een overdracht van cryptoactiva tussen verschillende portefeuilles van dezelfde belastingplichtige niet worden aanzien als een realisatie.

Hoewel er in de praktijk weinig tot geen discussie was over bovenstaande principes, is het positief dat de wetgever dit nu expliciet bevestigt in de toelichting bij de wet. Dit verhoogt de rechtszekerheid en sluit verdere betwistingen hierover uit.

Aanschaffingswaarde van airdrops

Ook over de aanschaffingswaarde van crypto verkregen via een airdrop komt nu duidelijkheid. Wanneer een belastingplichtige cryptoactiva ontvangt via een airdrop, waarbij cryptoactiva gratis worden toegekend, vaak in het kader van promotiecampagnes of community incentives, wordt de aanschaffingswaarde gelijkgesteld aan de waarde van de betrokken activa op het moment van toekenning.

FiFO-methode wordt de nieuwe norm

De nieuwe wetteksten over de meerwaardebelasting bevestigen dat voortaan de FIFO-methode (first-in, first-out) verplicht wordt toegepast voor de berekening van meerwaarden op identieke activa, zoals cryptomunten. In eerdere ontwerpteksten werd nog verwezen naar het gewogen gemiddelde, maar die piste lijkt definitief verlaten.

Volgens de wetgever kadert de invoering van FIFO in de wens naar eenvoud, transparantie en uniforme toepassing. Toch blijven er op dat vlak nog enkele belangrijke vragen onbeantwoord. Zo is het bijvoorbeeld niet duidelijk of FIFO moet worden toegepast per platform of exchange afzonderlijk (depotseparatie), of dat alle aangekochte munten geacht worden samen één globale pool te vormen waarop FIFO platformoverschrijdend moet worden toegepast. Die onduidelijkheid kan in de praktijk een aanzienlijk verschil maken in het berekende resultaat.

Voor veel beleggers zal het quasi onmogelijk zijn om dit manueel correct en volledig te reconstrueren. Een programma zoals Koinly, CoinTracking of CryptoTaxCalculator zal dan ook in veel gevallen noodzakelijk zijn om de aangifte correct op te stellen.

Wie vragen heeft over het gebruik van deze programma’s of wil weten welk systeem het meest geschikt is voor zijn of haar situatie, mag altijd vrijblijvend contact met ons opnemen. We helpen u graag verder op weg.

Conclusie

De nieuwe meerwaardebelasting blijkt voor de gemiddelde crypto-investeerder vooral een koude douche. In plaats van de beloofde eenvoud en uniformiteit verandert er voor crypto weinig, behalve dat de belastingdruk omhooggaat. Cryptoactiva vallen niet alleen onder de nieuwe belasting van 10%, maar blijven tegelijk ook geviseerd als potentieel speculatief inkomen dat aan 33% belast kan worden.

Uit de bewoordingen van de memorie van toelichting blijkt bovendien dat cryptoactiva nog steeds worden beschouwd als het archetype van speculatie.

Het feit dat de wetgever deze passages zo expliciet heeft opgenomen, dreigt de fiscus bovendien aan te moedigen om strenger, systematischer en agressiever op te treden bij cryptowinsten. In plaats van duidelijkheid en neutraliteit wordt het fiscale klimaat voor crypto in België dus opnieuw complexer en vijandiger.

Indien u nog andere vragen hebt over crypto bekijk dan zeker onze Frequently Asked Questions (FAQ)





Christophe Romero Senne Verholle

 
 
 

Comments


Contact

Aeacus Lawyers staat tot uw dienst voor al uw juridische vragen. U kan met ons geheel vrijblijvend contact opnemen via het onderstaande e-mailadres of door het onderstaande formulier in te vullen. Wij komen zo spoedig mogelijk bij u terug. 

bottom of page