Jezelf voorbereiden op de meerwaardebelasting op crypto in België vanaf 2026
- Aeacus Lawyers
- 3 dagen geleden
- 10 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 5 uur geleden
Zoals de meeste investeerders intussen weten, wordt vanaf 1 januari 2026 een algemene meerwaardebelasting van 10% ingevoerd in België op financiële activa, waaronder crypto. Dat betekent dat voortaan alle gerealiseerde cryptowinsten in principe moeten worden aangegeven. De klassieke vrijstelling voor normaal beheer van privévermogen verdwijnt grotendeels, al blijft het speculatieve spoor met zijn tarief van 33% naast het nieuwe regime jammer genoeg bestaan. De vroegere discussies over de kwalificatie van transacties zijn dus niet verdwenen, maar lopen voortaan samen.
De nieuwe regels moeten gelezen worden in combinatie met de rapporteringsverplichtingen die via de DAC8-richtlijn en het Centraal Aanspreekpunt (CAP) worden ingevoerd. Die zorgen ervoor dat de fiscus vanaf 2026 een ongezien inzicht zal krijgen in cryptotransacties en rekeningen. De combinatie van een algemene aangifteplicht met een internationale gegevensuitwisseling maakt dat het tijdperk van relatieve anonimiteit definitief voorbij is.
Niet toevallig krijgen wij de laatste maanden steeds vaker de vraag van cliënten hoe zij zich best voorbereiden op deze nieuwe realiteit. In wat volgt geven wij enkele concrete aandachtspunten die daarbij een belangrijke rol spelen.

1. CAP en DAC8: het einde van de anonimiteit van crypto
Vanaf 2026 kijkt de Belgische fiscus letterlijk mee in de cryptoportefeuille van Belgische belastingplichtigen. De Europese DAC8-richtlijn verplicht aanbieders van cryptodiensten om systematisch gegevens te verzamelen over hun klanten en die periodiek door te geven aan de Belgische belastingadministraties. Het gaat daarbij om identiteitsgegevens, walletadressen en transacties. De eerste fiches worden in 2027 verwacht en zullen betrekking hebben op het jaar 2026.
De draagwijdte van deze verplichting kan moeilijk worden onderschat. Waar de anonimiteit van crypto jarenlang als vanzelfsprekend werd gezien, wordt ze vanaf 2026 definitief doorbroken. Voor de fiscus zal het mogelijk zijn om met relatief eenvoudige controles na te gaan of een belastingplichtige zijn buitenlandse cryptorekening correct heeft aangegeven en of gerealiseerde meerwaarden in de aangifte zijn opgenomen.
De Belgische wetgever legt daarbovenop een verplichting op om cryptorekeningen aan te geven bij het Centraal Aanspreekpunt van de Nationale Bank. Tot voor kort was dat nog een twistpunt. De minister van Financiën liet al meermaals verstaan dat dit de bedoeling was, maar veel belastingplichtigen en fiscale adviseurs betwijfelden of de wettelijke basis voldoende was. In de memorie van toelichting bij de nieuwe meerwaardebelasting wordt nu expliciet gesteld dat cryptorekeningen onder de CAP-meldingsplicht vallen.
Belangrijk is dat DAC8 enkel betrekking heeft op custodial dienstverleners. Pure non-custodial wallets vallen er niet rechtstreeks onder. Toch betekent dit niet dat transacties via non-custodial omgevingen buiten beeld blijven. Zodra crypto van of naar een custodial exchange wordt verplaatst, wordt die beweging geregistreerd en gerapporteerd. In de praktijk is volledige onzichtbaarheid dus moeilijk, zeker wanneer men winsten ooit wil omzetten naar euro en op een bankrekening wil plaatsen.
De combinatie van aangifteplicht en internationale gegevensuitwisseling creëert een nieuw landschap. Wie zijn meerwaarden niet correct aangeeft, loopt niet alleen het risico op fiscale boetes, maar ook op bijkomende vragen vanuit de bank. Banken zijn onderworpen aan steeds strengere antiwitwasregels en hebben de verplichting om bij twijfel melding te maken bij de Cel voor Financiële Informatieverwerking. Zonder sluitende bewijsvoering over de herkomst van cryptogelden kan de instroom op de eigen bankrekening problematisch worden.
De boodschap is duidelijk. Waar men in het verleden nog kon twisten over de vraag of cryptorekeningen moesten worden aangegeven of niet, is er vanaf 2026 geen ontsnappen meer aan. Crypto wordt een gemakkelijk doelwit voor fiscale controles. Het is niet ondenkbaar dat de administratie iedereen die zijn rekening niet heeft aangegeven bij het CAP, maar wél voorkomt in de rapportering van een exchange, een vraag om inlichtingen zal sturen. Ons advies is dan ook om nu al uw custodial wallets zo snel mogelijk aan te geven. Denk hier bijvoorbeeld aan: Coinbase, Kraken, Binance, Crypto.com, Swissborg en Bitvavo.
2. Fiscale zonden uit het verleden rechtzetten via regularisatie
De combinatie van DAC8 en de meldingsplicht bij het CAP zorgt ervoor dat de fiscus vanaf 2026 zal te weten komen of er aanzienlijke cryptobedragen op uw rekening staan. Wanneer dergelijke informatie in de rapportering opduikt, is het onvermijdelijk dat de fiscale administratie zogenaamde vragen om inlichtingen zal stellen. Men zal daarbij van de belastingplichtige verwachten om aan te tonen dat deze tegoeden in het verleden correct zijn aangegeven.
Het geniet de voorkeur om niet te wachten tot de fiscus zelf vragen stelt, maar om vooraf te anticiperen. Door proactief fiscale zonden uit het verleden recht te zetten, vermijdt men dat men in een controlescenario terechtkomt waarbij de bewijslast volledig bij de belastingplichtige komt te liggen. Zeker bij aanzienlijke cryptobedragen is een grondige analyse van het verleden, indien die nog niet werd opgesteld, doorgaans een verstandige eerste stap.
Dit is bovendien noodzakelijk om uw cryptogelden ooit probleemloos naar een bankrekening te kunnen overmaken. Banken hanteren strikte antiwitwasregels en weigeren gelden waarvan de herkomst niet sluitend kan worden aangetoond. Zonder duidelijk fiscaal dossier loopt u het risico dat de transactie wordt geblokkeerd of dat er een melding aan de Cel voor Financiële Informatieverwerking volgt.
Er bestaan verschillende manieren om het verleden recht te zetten. In sommige gevallen kan dit via een spontane rechtzetting in de aangifte of door open communicatie tijdens een lopende controle. In andere dossiers zal een fiscale regularisatie aangewezen zijn. Deze procedure laat toe om oude fouten tegen betaling van een regularisatieheffing alsnog te zuiveren en opnieuw een schone lei te bekomen. Welke aanpak het meest geschikt is, hangt af van de omvang van de portefeuille, de ouderdom van de transacties en het risico op fiscale of strafrechtelijke vervolging.
3. Peildatum 31 december 2025: cruciaal voor crypto in normaal beheer
De hervorming maakt van 31 december 2025 een absolute sleuteldatum, doch slechts uitsluitend voor crypto die onder het normaal beheer van privévermogen valt. Voor dat deel van uw portefeuille wordt de marktwaarde op die dag het beginpunt voor de toekomstige meerwaardebelasting.
Vanaf 1 januari 2026 worden gerealiseerde winsten berekend ten opzichte van deze peildatum, ongeacht de historische aankoopprijs. Alles wat vóór die datum werd opgebouwd blijft buiten schot. Voor transacties die door de fiscus als speculatief of beroepsmatig worden beschouwd, geldt deze gunstige regeling niet en blijven de oude regels spelen.
In theorie lijkt de regeling eenvoudig, in de praktijk is ze een bron van onzekerheid en potentieel geschil. Neem het voorbeeld van Bitcoin. Stel dat de waarde op 31 december 2025 €100.000 bedraagt. Als de koers in 2026 terugvalt naar €50.000 en u verkoopt later, dan is het cruciaal dat u kan aantonen dat u de munt effectief reeds op 31 december 2025 in bezit had. Zonder bewijs kan de fiscus stellen dat de aankoop pas nadien plaatsvond en de lagere waarde als uitgangspunt nemen. Het gevolg kan zijn dat u bij een latere verkoop toch een aanzienlijke belastbare meerwaarde wordt toegewezen, hoewel de munt al langer in portefeuille zat.
Precies hier ligt de moeilijkheid. Het is op vandaag niet duidelijk welk bewijs de fiscus zal aanvaarden om bezit op de peildatum te staven. Een screenshot is weinig overtuigend, want gemakkelijk te manipuleren. Exportbestanden van exchanges bieden meer houvast, maar blijven intern gegenereerd. Blockchaintransacties en walletadressen kunnen sterker staan, maar vereisen dat u kan aantonen dat de adressen daadwerkelijk van u zijn. Zeker voor custodial wallets kan de fiscus bovendien een striktere aanpak hanteren. De eigenheid van een custodial wallet is dat er geen derde partij is die externe documenten kan afleveren of transacties en waardes onafhankelijk kan bevestigen. Daardoor wordt het risico groter dat de fiscus bijkomende bewijzen zal eisen om het bezit op 31 december 2025 hard te maken.
Omdat die onzekerheid groot is, ontvangen wij nu al regelmatig de vraag van cliënten om hun portefeuille formeel te laten vastleggen. Voor aanzienlijke portefeuilles kan het aangewezen zijn om een gerechtsdeurwaarder in te schakelen. Een gerechtsdeurwaarder kan op het jaareinde een proces-verbaal opstellen waarin wordt vastgesteld welke crypto u bezit en wat de waarde op dat moment bedraagt. Zo’n onafhankelijke vaststelling biedt een stevig bewijsstuk tegenover de fiscus én een geruststelling wanneer later vragen komen van banken of de fiscale administratie. Voor kleinere portefeuilles kan een combinatie van technieken mogelijks volstaan, zoals het bewaren van exportbestanden van exchanges, printscreens die duidelijk datum en waarde tonen, of zelfs het tijdelijk overplaatsen van de crypto naar een centralized exchange om zo onmiskenbaar aan te tonen dat de munten effectief aan u toebehoren. Wij zijn ons er uiteraard van bewust dat dit gepaard gaat met praktische rompslomp en mogelijks zelfs bijkomende transactiekosten, maar in bepaalde gevallen kan dit de enige manier zijn om een sluitend bewijs te leveren. Voor grotere portefeuilles blijft de formele vastlegging via gerechtsdeurwaarder wellicht de veiligste oplossing.
4. FIFO-methode en software voor correcte berekening van cryptowinsten
Wat we tot nu toe in deze blogpost hebben besproken, ging voornamelijk over de voorbereiding op de nieuwe meerwaardebelasting. Maar eens het stelsel vanaf 1 januari 2026 effectief in werking treedt, rijst de praktische vraag: hoe kan men de meerwaarde gerealiseerd vanaf 1 januari 2026 correct aangeven?
Voor crypto bestaat er immers geen financiële instelling zoals een bank die automatisch een fiscale fiche opmaakt. Bij exchanges en custodial wallets ligt de verantwoordelijkheid volledig bij de investeerder. Hij of zij moet zelf de meerwaarde berekenen en aangeven in de jaarlijkse belastingaangifte. De wet schrijft daarbij voorlopig voor dat de FIFO-methode (“first in, first out”) wordt toegepast. Dat betekent dat de eerste aangekochte activa geacht worden ook de eerste verkochte eenheden te zijn.
In de praktijk blijkt dit vaak een uitdaging. Voor iemand die occasioneel investeert via een DCA-strategie en af en toe verkoopt op een piek of bijkoopt bij een dal, kan het al snel complex worden om alles handmatig bij te houden. Het is perfect mogelijk om in een Excel-bestand elke aankoop met bedrag en aantal te registreren en vervolgens bij een verkoop de FIFO-methode zelf toe te passen. Maar dit vergt veel discipline en rekenwerk, en de kans op fouten is reëel.
Daarom maken wij in de regel gebruik van gespecialiseerde crypto-software.Ons kantoor werkt doorgaans met de volgende drie tools: Koinly, CryptoTaxCalculator en CoinTracking. Deze pakketten kunnen automatisch transacties importeren uit exchanges en wallets, de FIFO-methode toepassen en rapporten genereren. Elk programma heeft zijn eigen sterktes. CoinTracking is bijzonder geschikt voor spottransacties en klassieke aankopen en verkopen. Koinly werkt uitstekend voor leverage trades en derivaten.
CryptoTaxCalculator blinkt uit bij complexe onchaintransacties en DeFi. Daarbij moet altijd een voorbehoud worden gemaakt: geen enkel programma is foutloos. Afhankelijk van de gebruikte exchanges en de complexiteit van de portefeuille kunnen transacties verkeerd worden ingelezen of verkeerd geclassificeerd. Controle en manuele correctie blijven dus noodzakelijk.
Naast deze bovenstaande drie tools bestaan er nog tal van andere softwarepakketten. In Franstalig België is Waltio bijvoorbeeld een veelgebruikte toepassing. Wij hebben daar op dit moment minder ervaring mee, maar volgen de ontwikkelingen op de voet. Voor cliënten die ermee werken, bekijkt ons kantoor graag mee hoe de rapportering in hun dossier kan worden geïntegreerd.
Een bijkomend voordeel van deze software is dat ze bijzonder goed omgaan met crypto-to-crypto swaps. Heel wat investeerders beseffen niet dat ook zulke verrichtingen belastbaar zijn, aangezien een ruil van de ene munt tegen een andere wordt beschouwd als een verkoop en een wederbelegging. Manueel is dit bijna onmogelijk om te berekenen, omdat telkens de waarde in euro moet bepaalde worden van zowel de munt die men verkoopt als de munt die men aankoopt. De hierboven vermelde tools lossen dit op door automatisch gegevens op te halen uit databases zoals CoinGecko of CoinMarketCap. Op basis van de juiste marktwaarde op het ogenblik van de transactie wordt de meerwaarde berekend en meteen verwerkt in het rapport. Dit bespaart niet alleen enorm veel tijd, maar zorgt ook voor een consistentie die men met een Excelbestand nauwelijks kan bereiken.
De meeste van deze programma’s zijn betalend. Als advocatenkantoor hebben wij toegang tot professionele abonnementen die in de regel voordeliger zijn. Investeerders kunnen ons kantoor steeds contacteren om via ons kantoor een account te openen, ook zonder dat verdere advisering vereist is. Daarnaast bekijken wij samen met de cliënt welke software het best bij een welbepaald beleggersprofiel past.
Het blijft uiteraard wel software, en fouten zijn nooit volledig uit te sluiten. Daarom is het belangrijk om de resultaten te controleren en deze niet blindelings over te nemen. De programma’s genereren doorgaans een jaarrapport dat vergelijkbaar is met de overzichtsfiches die men van een financiële instelling zou krijgen (in het geval van een traditionele belegging), met een overzicht van alle winsten en verliezen. Dit rapport kan, mits wat bijsturing, gebruikt worden voor de jaarlijkse belastingaangifte.
Onze ervaring leert dat cliënten, eens zij het programma in de vingers hebben en de transacties op geregelde tijdstippen controleren, perfect in staat zijn hun aangifte volledig zelf te doen zonder tussenkomst van een accountant of advocaat. Dat neemt niet weg dat wij steeds bereid zijn om een second opinion te geven of een controle van de cijfers te doen.
Samengevat kan worden gesteld dat voor beleggers die sporadisch crypto aankopen en verkopen, het gebruik van gespecialiseerde software quasi onmisbaar wordt. Het maakt het werk beheersbaar, beperkt het risico op fouten en biedt rapporten die aansluiten bij de eisen van de fiscus.
Conclusie en bredere aandachtspunten
De invoering van de meerwaardebelasting vanaf 2026 betekent niet dat alle oude discussies verdwijnen. Het onderscheid tussen normaal beheer en speculatief of beroepsmatig handelen blijft bestaan. Dat onderscheid is cruciaal, want wie volgens de fiscus speculatief of professioneel handelt, valt niet onder het tarief van 10% maar onder het zwaardere tarief van 33% of de progressieve tarieven. Parameters zoals de frequentie van transacties, het gebruik van externe financiering, de omvang van de portefeuille en de manier van beleggen spelen daarbij een rol. De grenzen zijn vaag, en net omdat investeerders hun winsten voortaan zelf moeten aangeven, wordt de discussie belangrijker dan ooit. Het louter opnemen van een meerwaarde in de aangifte kan al volstaan om de fiscus te triggeren om uit te zoeken of de transactie wel degelijk onder normaal beheer valt.
Ook de relatie met banken verdient bijzondere aandacht. Banken zijn verplicht strikte antiwitwasregels toe te passen en aanvaarden in de praktijk cryptogelden slechts wanneer de herkomst sluitend kan worden bewezen. Een belegger die zijn dossier niet zorgvuldig documenteert, loopt het risico dat een transactie wordt geblokkeerd of dat er een melding door de bank wordt gedaan aan de Cel voor Financiële Informatieverwerking. Een correct fiscaal en administratief dossier is dus niet enkel nodig voor de fiscus, maar ook voor de toegang tot het reguliere financiële circuit.
Daarmee wordt de rode draad van dit nieuwe fiscale kader duidelijk. Meer inzage door DAC8 en de opname van de cryptorekeningen in het CAP, strengere banken, en een bijkomende laag belastbaarheid maken dat correct rapporteren in de aangifte belangrijker is dan ooit. Het verleden moet zuiver zijn, de peildatum van 31 december 2025 moet overtuigend bewezen kunnen worden en de jaarlijkse berekeningen volgens de FIFO-methode moeten correct gebeuren. Wie dat traject zorgvuldig doorloopt, kan nadien zonder zorgen zijn cryptoportefeuille beheren en verder uitbouwen.
Wij volgen de ontwikkelingen op de voet en begeleiden investeerders graag bij elk van deze stappen, gaande van de analyse van het verleden en eventuele regularisatie, over het vastleggen van de portefeuille op de peildatum, tot het kiezen en instellen van de juiste software voor de jaarlijkse aangifte. Voorbereiding is de sleutel om onaangename verrassingen te vermijden.
Indien u nog andere vragen hebt over crypto bekijk dan zeker onze Frequently Asked Questions (FAQ)
Christophe Romero Senne Verholle